zondag 29 april 2012

Week 18 - Verdriet

… en deelde in al hun lijden,
Hij kwam hen redden in eigen persoon.
Liefdevol en mild gestemd,
bracht Hij hen verlossing.
Hij nam hen op de arm,
Hij droeg hen al die lang vervlogen dagen.
GNB

In al hun benauwdheid
was Hij benauwd;
de Engel van Zijn aangezicht heeft hen verlost.
Door Zijn liefde en door Zijn genade
heeft Hij hen bevrijd;
Hij hief hen op en droeg hen
al de dagen van weleer.
HSV

Jesaja 63:9

Verdriet.
Eigenlijk valt hier zoveel over te schrijven dat ik bijna niet weet waar te beginnen.
Er is zoveel leed in de wereld, zoveel pijn en verdriet, en door de huidige media komt het ook allemaal onze huiskamer binnen.

Mijn gedachten gaan naar Prins Friso, maar ook naar Margarit, een jonge vrouw, nog niet eens zo lang getrouwd, maar met de gladdigheid ruim twee jaar geleden kreeg zij een ongeluk en ligt nog steeds in coma.
Mijn gedachten gaan naar de jongelui die vorig weekend zijn verongelukt; naar de juwelier die afgelopen woensdag bij een overval is doodgeschoten en naar het mailtje dat ik diezelfde dag kreeg over een jong stel bij ons uit de gemeente wiens baby’tje te vroeg geboren is en overleden met de geboorte.
Mijn gedachten gaan naar het verdriet dat echtscheiding met zich mee brengt, maar ook het verdriet dat ziekte met zich mee brengt; het afscheid nemen van dingen die je niet meer kan.
Maar mijn gedachten gaan ook naar de miskramen die ikzelf heb gehad en het verdriet dat ook dat met zich meebrengt.
Het zijn slecht een paar voorbeelden van gezinnen en situaties waarin het verdriet in alle hevigheid binnenkomt.
Rauw en diep, intens en misschien ook wel vol vragen.
Zo onverwachts, zo hard, zo …

Verdriet, het is er in zoveel vormen en maten; maar elk verdriet is echt, mag gevoeld worden, simpelweg omdat jij het zo voelt en als zodanig ervaart.
Geen enkel verdriet mag als minder belangrijk, minderwaardig worden beschouwd, want ook al zou een ander dit niet als zodanig ervaren, dan wil dit niet zeggen dat het daarom niets is.
Voor God telt elk verdriet; groot en klein.

Misschien ben jij, die dit leest, wel gedompeld in verdriet.
Misschien zijn je dagen mistig door een sluier van tranen, is je bed nat van het jezelf in slaap huilen of zit je stilletjes op de bank, omdat je niet kunt slapen.
Misschien zoek je een schouder om uit te huilen, een luisterend oor bij wie je je verhaal kwijt kunt.

David, de man naar Gods hart, wist ook wat verdriet was; je hoeft de Psalmen er maar op na te lezen.

Ik ben moe van mijn zuchten, heel de nacht maak ik mijn bed nat, doorweek ik mijn rustbank met mijn tranen.
Psalm 6:7

Mijn tranen zijn mij tot voedsel, dag en nacht, …
Psalm 42:4a

Mijn ziel weent tranen van verdriet; …
Psalm 119:28a

Hoelang zal ik nog plannen maken in mijn ziel, verdriet hebben in mijn hart, dag na dag?
Psalm 13:3a 

Ook het verdriet van David was er in vele vormen en maten, maar hij wist waar hij ermee naar toe moest gaan.
Mensen kunnen ons hun troost aanbieden; een arm om je schouder of een dikke knuffel is van heel groot belang; we kunnen niet zonder.
Maar echte, diepe troost, troost die diep van binnen genezing brengt, weer rust en vrede in elk verdriet, is troost die van God komt.
Alleen Hij kan echt met je mee voelen, meelijden en je de troost geven die nieuwe rust en vrede brengt ondanks alles wat er gebeurt of gebeurd is.
Hij ziet ons lijden, Hij deelt in ons lijden.
Hij alleen kent de diepte van ons verdriet, de hoe en waarom’s, maar Hij wacht tot we bij Hem komen, en de tranen die we huilen, voor Zijn troon uitstorten.
En daarin geeft David ons ook het voorbeeld.

Luister naar mijn gebed, HEERE, neem mijn hulpgeroep ter ore, zwijg niet bij mijn tranen, …
Psalm 39:13

U hebt mijn omzwervingen geteld; doe mijn tranen in Uw kruik.
Staan zij niet in Uw register?
Psalm 56:9

Mijn ziel weent tranen van verdriet; richt mij op overeenkomstig Uw woord.
Psalm 119:28

Wees mij genadig, HEERE, want angst benauwt mij; verzwakt van verdriet is mijn oog, mijn ziel en mijn buik.
Psalm 31:10

U ziet het wel, want U aanschouwt de moeite en het verdriet, opdat men het in Uw hand geeft; op U verlaat de arme zich, U bent geweest een Helper van de wees.
Psalm 10:14

Ja, … opdat men het in Uw hand geeft …
Zolang wij het voor onszelf houden kan God niet datgene doen wat Hij zo graag wil doen.
Stort je verdriet uit bij Degene die het in Zijn hand neemt en je troost als geen ander ooit zal kunnen.
Geef het in Zijn hand en Hij zal je hart vullen met een rust en vrede die elk menselijk verstand te boven gaat, omdat het een rust en vrede is die van boven komt.
Geef het in Zijn hand, Hij lijdt met je mee!
Zijn liefde en genade brengen heling en genezing.
Hij tilt je op en draag je.

Geef het in Zijn hand en als jezelf geen woorden meer heb, gebruik de woorden van David uit de Psalmen.
Breng de woorden die God ons gegeven heeft terug bij Hem; Hij zal antwoorden.
Zoals Hij voor David zorgde, zo zorgt Hij ook voor jou en mij.
Zijn liefde en genade is zo oneindig groot, dat Hij Zijn Zoon gezonden heeft, zodat wij worden gered en er genezing en heling is van al ons lijden, al onze pijn  en al ons verdriet.




Lieve Vader in de hemel.
Dank U wel dat U meeleeft, meevoelt in al ons verdriet.
Dat U Zich niet van ons afkeert, maar dat, waar wij ook door heen gaan, welk verdriet het ook is dat ons benauwd, U daarin wilt delen.
Niets is voor U onbelangrijk of te min.
Ons verdriet is Uw verdriet, onze tranen zijn Uw tranen.
U ziet onze nood, U ziet onze pijn, U ziet ons verdriet en U verlangt ernaar dat wij alles bij U brengen en het in Uw hand leggen.
Bij U is troost, rust en vrede in elke storm van het leven en U wilt ons dragen, zodat wij niet zullen bezwijken.
Vader, ik bid zo voor allen wiens leven getekend is door verdriet; dat zij U zullen zoeken en het in Uw hand zullen leggen, zodat U hen kunt troosten en kunt vullen met Uw rust en vrede.
Neem weg alle boosheid, bitterheid en/of waarom’s  als die er tussen staan en ontferm U over hen.
Ja, Here, Ontferm U over een ieder wiens leven vol is van verdriet.
Wees U hun Trooster, de Ontfermer in alle nood.

In Jezus’ Naam.

- Amen -




Geef het in Mijn  hand,
wacht toch niet langer meer.
Ik zie je tranen,
Ik zie je pijn,
Ik zie je verdriet,
het doet Mij zo zeer!

Geef het in Mijn hand,
wacht toch niet langer meer.
Ik zie je moeiten,
Ik zie je zorgen,
Ik zie je lijden,
geef het aan Mij, de Heer!

Geef het in Mijn hand,
wacht toch niet langer meer.
Ik deel in al jouw lijden,
Ik voel jouw diepst verdriet,
Ik wil je dragen,
leg het toch bij Mij neer!

Geef het toch in Mijn hand;
Ik wacht tot jij je tot Mij keer.
Ik wil je troosten,
Ik wil je bemoedigen,
Ik wil je geven Mijn rust en vrede.
Kom toch,
en leg alles bij Mij neer.

©Rita Klapwijk

Geen opmerkingen:

Een reactie posten